Het was een gematigde wandeldag vandaag, positief bedoeld. De afstand was met z'n 21,8 km minder dan de voorbije dagen. Het was een droge dag met matige temperaturen en wolken afgewisseld met zon. Het bosgehalte besloeg slechts 50% en de paden in het bos waren afwisselender dan de voorbije dagen. Er zat maar één pittig klimmetje in de route, voor de rest matig stijgen en dalen. De financiële sector was ook beter vertegenwoordigd want er stonden verschillende banken langs onze route. Deze keer moesten we geen omgezaagde stam als bank gebruiken om te eten, hoewel onze bank deze middag toch gemaakt was in een stam.
Tegen half 10 stonden onze fietsen alweer bij een kerkhof, deze keer van Bébange. Vandaar trokken we van het ene dorpje naar het andere: Guelff, Mélix-le-Tige, Châtillon en elk dorpje had zijn wasplaats, een gebruik dat je vaak in Frankrijk terugvindt. In de 18° eeuw waren beken en rivieren door industrialisatie zo vervuild, dat publieke en overdekte wasplaatsen werden ingericht.
Na de dorpen trokken we opnieuw de bossen in doorheen de vallei van de Eau Rouge, een zijriviertje van de Amblève. De oxidatie van ijzer kleurt het water roestbruin wat de naam van de vallei verklaart.
Tegen half 4 vonden we de camper terug in St-Léger en een half uur later stonden we bij onze fietsen in Bébange in een straat met opvallend veel nieuwe mooie huizen. Langs onze route zagen we ook veel nieuwe en grote woningen, vaak met een auto voor de deur met een Luxemburgse nummerplaat. Blijkt dat veel jongeren in Luxemburg gaan werken omdat ze daar beter betaald worden, maar in België wonen, omdat het leven hier goedkoper is. Je kan ze geen ongelijk geven.
Morgen wordt nog een lange wandeling naar Waltzing, maar dan zijn we op een grote steenworp van ons einddoel verwijderd.
Reacties
Een reactie posten